OLAHW- februari 2022
Toen ik gevraagd werd als reünist een stukje te schrijven heb ik meteen ja gezegd. Ik heb goede herinneringen aan mijn Nijmeegse tijd en Nota Bene.
In mijn doctoraal Notariaat, we hebben het over 1984/85, zwaaiden professor Luijten en mevrouw professor Meijer de scepter. In de collegebanken was een strikte plaatsbepaling.
De oudstejaars studenten zaten vooraan, omdat aan hen de vragen werden gesteld. De jongere jaars schoven elk jaar een bank naar voren. De examens waren mondeling en er werd alvast getest of er voldoende kennis aanwezig was. Iedereen kende elkaar, we waren in totaal met ca 35 studenten.
De studentenvereniging Nota Bene bestond al en is dat jaar nieuw leven ingeblazen. Er kwam een actief bestuur, we hadden borrels en feesten. Hierbij was de staf ook aanwezig.
Na mijn afstuderen ben ik wetenschappelijk medewerker Notarieel recht geworden. Ik gaf de vakken Openbare registers en kadaster, Werkstukken Erfrecht en Wet op het Notarisambt. In die jaren waren vrijwel alle notariële studenten lid Nota Bene en we gingen met z’n allen naar de jaarlijkse studenten congressen. In 1990 ben ik de notariële praktijk in gegaan in ‘s-Hertogenbosch. Mijn medestudenten en de studenten die bij mij in de collegebanken zaten ben ik geregeld tegengekomen bij cursussen in de regio en bij jaarvergaderingen. Die contacten zijn altijd plezierig.
Ik wens Nota Bene veel succes toe en dat de leden elkaar in de notariële praktijk ook weten te vinden.
