Oud-leden aan het woord

OLAHW- mei 2019

Of ik een bijdrage wilde leveren aan de rubriek ‘Oude Leden Aan Het Woord’, zo verzocht de praeses per mail. Overmand door inmiddels niet zo jeugdig enthousiasme zei ik uiteraard ja. Alleen bedacht ik pas later dat ik had toegezegd te schrijven voor een mij onbekende rubriek. Wat is dat voor iets ‘OLAHW’, wie hebben daar zoal tot nu toe een bijdrage aan geleverd. Een bezoekje aan de website leerde dat menig oud-lid inmiddels zijn of haar steentje had bijgedragen. Ik zag dat vriend Bernard had bericht over 30-jaar oude notariële vriendschappen en dat zijn broer, vriend Dominique, de collegegang had beschreven. Ook de andere bijdragen aan OLAHW bevatten vlammende betogen over het bloeiende en boeiende notariële studentenleven. Ook ik heb daar deel van uitgemaakt, want hoewel ik geen idee heb wanneer het precies is gebeurd (ik vermoed tegen het einde van het tijdperk Luijten), ben ik uiteraard tijdens mijn studie lid geworden van Nota Bene. Ik schrijf overigens niet voor niets ‘uiteraard’, want in die tijd werden alle notariële studenten lid. Een exercitie die toen niet meer inspanning vergde dan het enkel zeggen tijdens een borrel dat je lid wilde worden. En hoewel het bijwonen van colleges – laat ik het voorzichtig zeggen – niet echt mijn ding was, gold dat niet voor het bezoek aan de woensdagmiddagborrel. Uiteraard was de ‘lokroep’ van een biertje daar mede debet aan, maar minstens zo belangrijk was de informele en laagdrempelige wijze waarop onder de bezielende leiding van de vers aangetreden Van Mourik staf en studenten (daar) met elkaar in ‘conclaaf’ gingen. Vergis ik mij als ik meen dat het Nijmeegse notariële studentenleven zich daarmee onderscheidt van – pak ‘m beet – diens Leidse evenknie? Ik sta thans weliswaar aan de andere kant, maar ik heb de indruk dat dit laatste anno 2019 niet fundamenteel anders is. Dat geldt overigens niet voor de activiteiten van Nota Bene. Van een relatief bedeesd clubje wier bezigheden bij wijze van spreken waren beperkt tot de incidentele woensdagmiddagborrel en een bezoekje aan het landelijk congres, heeft Nota Bene zich ontwikkeld tot een bloeiende vereniging met een qua omvang en diversiteit indrukkend scala aan activiteiten waarbij het nuttige en het aangename hand in hand gaan. Het is daarom zo opmerkelijk om te constateren dat anders dan in de ‘oertijd’ nu niet iedereen die in Nijmegen notarieel recht studeert, lid wordt van de vereniging. Over de precieze oorzaak daarvan kan slechts worden gespeculeerd. Komt het wellicht door het almaar toenemend aantal studenten dat (nog) bij de ouders woont, het inmiddels wat verzwaarde ‘kennismakingsritueel’ of is er een andere reden? Ook het antwoord op de vraag of het een slechte zaak is dat niet iedereen meer lid is, hangt uiteraard van ieders eigen perspectief af. Duidelijk is wel dat iedereen die de bijdragen aan deze rubriek leest, er van overtuigd raakt dat het lidmaatschap van Nota Bene kansen en ervaringen biedt waar je een leven lang op kan (en moet) teren. En dan is het toch eigenaardig dat niet (nagenoeg) iedereen lid wordt/is.


OLAHW- juni 2019
24jun

OLAHW- juni 2019

Op de warme avond van 1 september 2010 keek ik op de eerste verdieping van café Vivaldi aan de Waalkade (jawel, het café bestaat nog...

OLAHW- april 2019
18apr

OLAHW- april 2019

De eerste kennismaking met Nota Bene was in september 2007 en ja dat is dus, inderdaad, inmiddels alweer meer dan 10 jaar geleden…Jong...

Onze sponsoren